‘Ik zou nooit een regenboogvlag durven ophangen bij mijn huis’

Er is nog een wereld te winnen in de acceptatie van LHBTI’ers in Den Haag, zegt Jean-Bernard Maweja, oprichter van stichting Queer Mind.  

Er is nog een wereld te winnen in de acceptatie van LHBTI’ers in Den Haag, zegt Jean-Bernard Maweja, oprichter van stichting Queer Mind. Hij heeft twee heel concrete wensen voor de Haagse LHBTI-gemeenschap: een regenboogzebra voor station Den Haag Hollands Spoor én een opvanghuis voor jongeren die worden verstoten vanwege hun seksuele geaardheid of genderidentiteit.

Met een zebrapad in regenboogkleuren op een prominente plek kan Den Haag laten zien dat het een veilige stad is voor queer mensen, vindt Jean-Bernard. De enige regenboogzebra die Den Haag nu heeft, aan de Bezuidenhoutseweg, is hem lang niet zichtbaar genoeg. Om die reden diende hij in 2021 een buurtinitiatief in voor Stationsbuurt Begroot: een regenboogpad pal voor Den Haag HS, gecombineerd met een aantal dialoogsessies om seksuele geaardheid bespreekbaar te maken.

Huygenspark

Hoewel zijn voorstel de meeste stemmen kreeg, kwam de ‘gaybra’ er niet. De reden: verkeersveiligheid. Uit protest hingen Jean-Bernard en medestanders in juni 2021 een – zelf betaalde – regenboogvlag op in het Huygenspark. Onbekenden haalden die vlag begin 2022 weg, maar Queer Mind hing een nieuwe op. De maanden daarop herhaalde zich dat zeven keer. De opschudding daarover maakte dat de gemeente Den Haag besloot om een regenboogbank in het park te plaatsen. Dezelfde avond nog werd die beklad. Toen vlak daarna de verdachten werden aangehouden, bleven bank en vlag een tijdje ongemoeid, maar sinds kort is het weer raak.

Voor Jean-Bernard onderstreept het vandalisme in het Huygenspark dat er nog veel werk te doen valt. Daarom ook hoopt hij nog steeds dat de regenboogzebra voor Hollands Spoor er uiteindelijk komt. ‘Juist op een zichtbare plek, bij zo’n internationaal station, straal je een boodschap uit: deze stad staat op voor de LHBTI-gemeenschap. Voor queers is dat belangrijk. Je voelt je welkom. Daar krijg ik een veilig gevoel van; ook ik mag er zijn! Ik zou zelf nooit een regenboogvlag durven ophangen bij mijn huis. Ik heb een klein regenboogstickertje bij mijn brievenbus, en zelfs dat is al vijftig keer weggehaald.’

Verstoten

Jean-Bernard, homoseksueel van Congolese afkomst, weet uit ervaring wat het betekent om te worden verstoten uit je eigen gemeenschap en je daarvan af te zonderen. Hij werd bestempeld als schande voor de familie. Vele jaren later heeft hij nog altijd te maken met afwijzing. ‘Je hoopt dat het minder wordt’, zegt hij, ‘maar dat is niet het geval’.

Hij is zeker niet de enige die daarmee te maken krijgt. Jean-Bernard herkende het meteen toen hij een paar jaar terug een jongen in een gaycafé zag liggen slapen op de toog. ‘Een tiener nog die op straat leeft. Als je bent verstoten, ben je heel kwetsbaar. Wat als iemand je geld aanbiedt om mee te gaan naar huis? Dan zul je snel geneigd zijn om dat aanbod aan te nemen, want dan hoef je tenminste niet op straat te slapen. Dat is heel erg!’

Bed, bad, brood

Het voorval was voor Jean-Bernard de directe aanleiding om de stichting Queer Mind op te richten, met als een van de doelen een opvanghuis op te richten voor jonge LHBTI’ers die nergens terecht kunnen. ‘Bed, bad en brood, en de zorg en aandacht die je nodig hebt om weer terug de maatschappij in te stappen en te functioneren.’

Zo’n opvang is er nu nog niet. Dat komt volgens Jean-Bernard omdat te makkelijk wordt geredeneerd dat LHBTI-jongeren terecht kunnen in de reguliere daklozenopvang. Fout gedacht, zegt hij. ‘Dan kom je wéér terecht op een plek waar je niet wordt geaccepteerd. Precies dat waar je van weg bent gelopen dus. Daarom gaan jonge queers niet naar de daklozenopvang. Zij hebben extra zorg en aandacht nodig. Zo’n opvang had er gisteren al moeten zijn. Elke dag zijn er jongeren die op straat belanden, zelfmoord plegen of in de prostitutie belanden omdat ze nergens terecht kunnen.’

Het opvanghuis is nog niet in zicht, maar Queer Mind zit inmiddels wel met de belangrijkste partijen om tafel. ‘We hebben inmiddels duidelijk gemaakt wat we willen en waarom’, zegt Jean-Bernard. ‘Maar dat is het begin. Het echte werk begint nu pas.’

Jean Bernard gaat op 29 september in gesprek met het Haagse stadmakers tijdens het Stadmakersfestival. Voor meer informatie over de activiteiten van stichting Queer Mind, zie www.stichtingqueermind.nl.

Deel dit artikel